Hoe kunnen verhalen helpen bij gevoelens van je kind?

Op heel jonge leeftijd kun je een kind al leren wat het voelt. Er zijn verschillende manieren om kinderen meer vaardigheden in het benoemen en uiten van emoties bij te brengen. Een manier is om samen een boekje te lezen, waarin gevoelens aan bod komen. Gevoelens uiten kan voor een kind erg lastig zijn, maar verhalen kunnen een kind helpen door een wereld van fantasie en benoeming van de emotie in een verhaal.

Gevoelens in een verhaal
Het kan als ouder lastig zijn om over gevoelens te praten. Zeker als je dit als kind zelf niet hebt geleerd of moeite hebt met je eigen emoties. In kinderboeken staat vaak een basisemotie centraal (bang, boos, blij of verdrietig). Een verhaal van Kikker is bang, van Max Velthuis kan helpen om een onderwerp te introduceren. Je kunt in het gesprek met het kind woorden als bedroefd, huilen, stilletjes zijn en bang zijn terug laten komen.

Een jong kind vindt het moeilijk om bij zichzelf emoties te herkennen, maar een verhaal over Kikker kan hem helpen. Zelf gebruik ik ook graag dieren om kinderen op een indirecte manier iets duidelijk te maken. Door dieren iets te laten doen en te laten denken kunnen kinderen beter nadenken over wat ze zelf zouden doen en denken. Een kind spiegelt zich aan de Kikker. Stel dat de Kikker veel huilt, dan kun je aan een kind vragen of ze dat zelf ook wel eens heeft? Ook kun je inspelen op een eerdere situatie. Bijvoorbeeld: Was jij gisteren ook een beetje verdrietig? Toen moest je ook een beetje huilen, hè? Het kind kan dan zeggen wat het zelf heeft meegemaakt. Als ouder kun je zeggen dat iedereen wel eens een beetje verdrietig kan zijn. 

Een slimme oplossing
Dieren hebben in boeken menselijke eigenschappen die invoelbaar en herkenbaar zijn voor jonge kinderen. De dieren lopen tegen lastige situaties aan. Zelf heb ik een verhaal geschreven over Puck de Beer. Puck geeft al haar eten weg aan de andere dieren in het bos. Haar eigen berenkast is leeg. Uiteindelijk komt de eekhoorn voor de beer op. Aan het eind van het verhaal hebben de andere dieren spijt. Ze zeggen sorry tegen beertje Puck. De dieren lopen zelf tegen een probleem aan, maar lossen het ook weer op. Het is een makkelijke manier om in gesprek te raken met je kind. Indirect krijgt het kind de oplossing mee van het verhaal.

Herkenning
Een kind kan zich herkennen in een dier. Misschien geeft het kind zelf al haar speelgoed weg aan andere kinderen? In het verhaaltje van Puck de beer leer je dat het ook belangrijk is om goed voor jezelf te zorgen. Het is niet goed om alles weg te geven. Tenslotte moet je ook zelf eten en drinken. Kinderen hebben nog niet altijd de woordenschat om zich uit te drukken. Een boek kan het kind helpen als het even niet zo lekker gaat. Als je wordt gepest of een oma is overleden. Ze leren hoe je moeilijke situaties het hoofd kan bieden. Je bent niet de enige die verdrietig, bang of boos is. Ze ontdekken wat een goede oplossing is voor een probleem en wat je beter niet kunt doen. Hierdoor krijgt het kind meer zelfvertrouwen. Het dierenrijk kun je inzetten om een kind meer over zichzelf en zijn omgeving te leren.

Liefs,
Saskia